|
Slakkenhuiscichliden
is het huidige thema. het zijn interessante omdat ze nog in een bepaalde fase
van hun evolutie verkeren. Vanwege haar gedrag heel interessant is Neolamprologis
similis (BUSCHER, 1992) Deze
slakenhuisbewoner uit het Tanganjikameer, die vroeger Neolamprologus sp.aff.
multifasciatus en vervolgens vanwege haar opvallend grote ogen Neolamprologus
sp."big eyes" genoemd werd , is in het begin van de negentiger jaren
door Ad Konings ontdekt, die ze op twee verschillende locaties in het middendeel
van het meer wist te fotograferen; respectievelijk bij Bulu point in Tanzania,
en cap Tembwe in het toenmalige Zaire nu Congo. Een tweede verspreidingsgebied
ligt verder naar het zuiden aan de Congolese kust bij Zongwe. Van deze locatie,
die ontdekt werd door K.H. Büscher komen ook de exemplaren die voor de soortbeschrijving
gebruikt werden(1992) De vis werd zo genoemd vanwege de gelijkenis met Neolamprologus
multifasciatus, haar verre en legendarische neef. De tekening bestaat uit
regelmatige bruine strepen die op ongeveer gelijke afstand liggen; ook in de staartvin,
de rugvin en op het belangrijkste deel van het hoofd, zijn deze strepen te herkennen.
Je zou in de tekening het negatief van Neolamprologus multifasciatus kunnen zien.
Hier ontbreken de strepen in de staart- en de rugvin en op het voorhoofd. De rugvin
vertoont een zwarte zoom met daar onder een goudgele band, de buikvinnen dragen
een blauwachtige zoom. De volwassen mannetjes meten 5 cm, de vrouwtjes 3 cm Verzorging: In
hun biotoop huizen de dieren vaak in een grote hechte groep in kerkhoven van de
huisjes van Neothauma en de rotsspleten; omdat ze hun evolutie tot obligate slakkenhuisbewoner
nog niet voltooid hebben worden ook holen en spelonken in de rotsen als woning
geaccepteerd. Voedsel : De volwassen dieren kunnen het best dagelijks gevoerd
worden met Daphnia Artemia, Mysis, Cyclops, krill uit de diepvries van de aquariumspeciaalzaak.
In het gunstige seizoen zelf gevangen en ingevroren voedsel heeft natuurlijk een
hogere voedingswaarde. Ook wat groen voer in de vorm van gemalen erwtjes en worteltjes
vermengd met mosselvlees en garnalen voldoet uitstekend. Pas op met het voeren
van enchytreen; doe het spaarzaam met het oog op vervetting. Tot slot: Onnodig
te zeggen dat men de dieren zeker niet moet samenhouden met een andere slakkenhuisbewoner
of zelfs met vissen die regelmatig in het rotslitoraal opduiken (Julidochromis
of andere Neolamprologussoorten) die ze ongetwijfeld zouden overheersen. Men kan
ze wel zonder gevaar samenhouden met Paracyprichromis nigripinnis of P.brieni,
hetgeen een fraai beeld zou opleveren.
|
|